Nog een bijzondere wilde lekkernij die in augustus te vinden is om je home-made cruesli te verrijken zijn de zaden van de akkerdistel. In deze tijd van het jaar vouwt de plant massaal zijn zaadpluizen open. Vaak zijn de zaden te klein om überhaupt te kunnen verzamelen. Maar soms vind je een plant met prachtige forse zaden! De zaden zijn heerlijke knapperige knabbeltjes, je kunt ze uit het vuistje snoepen of bijvoorbeeld dus over de cruesli uitstrooien. De smaak is notig met een licht bittertje de spijsvertering aansporend als toetje. Ja : ) dat bittertje dat volledig uit onze voeding weggekweekt is, maar dat voor de preventieve gezondheidszorg oh zo belangrijk is.

 

Je zoekt volrijpe, droge pluizen. De pluizen moeten zo rijp en droog zijn dat wanneer je blaast ze de lucht in zweven. Dán is het verzamelen een eitje! Behalve bij windkracht 6, want dan kiezen ze recht voor je neus het luchtruim. Hoe oogst je ze? Je neemt een bundeltje pluizen. Je zet je duim en wijsvinger bij het beginpunt van de pluis, drukt wijsvinger en duim samen en dan knijp je de zaden er floeps zonder enige moeite af. 

 

Akkerdistel is niet de enige stekelige plant in onze natuur die voortreffelijke zaden levert. Je vindt in onze natuur van het distel en vederdistel geslacht tezamen ruim 10 planten waarvan je de zaden kunt oogsten. In het Wildpluk Compendium zijn ze voor je op een rijtje gezet.

 

Het recept voor de home-made cruesli vind je hier.